Dit totaalvoorstel voor de revisie van DGAI 2025 is gebaseerd op de zeven oorspronkelijke onderwerpen, waarbij de leerdoelen en onderdelen zijn aangepast en uitgebreid om te voldoen aan de eisen van de EU AI Act (prioriteit), NPULS AI-GO, DigCompEdu en SLO Kerndoelen.
Doelzin: De deelnemer kan basisprincipes en technologieën van AI herkennen en toepassen in praktische situaties.
Koppeling Doelzin: NPULS Kennis (Fundamentele Concepten) 1; AI Act (Overw. 12 Definitie en kenmerken AI).2
Leerdoel: De deelnemer kan generatieve AI herkennen, beschrijven en gebruiken in eenvoudige toepassingen. De deelnemer kan de concepten inferentievermogen en aanpassingsvermogen van AI uitleggen.
Koppeling aan Referentiekaders: AI Act (Overw. 12: Inferentievermogen en aanpassingsvermogen) 2; NPULS Kennis (Terminologie en Basisprincipes) 1; SLO K4 (Herkenning van AI-systemen in de eigen omgeving).3
Leerdoel: De deelnemer kan bij het gebruik van AI rekening houden met privacyregels en veilige omgang met gegevens. De deelnemer kan het belang van datakwaliteit en bias in datasets analyseren en de invloed daarvan op AI-output uitleggen.
Koppeling aan Referentiekaders: AI Act (Art. 10 Datavereisten, Overw. 67 Datakwaliteit) 2; NPULS Ethiek (Privacy, Data Governance).1
Doelzin: De deelnemer kan relevante digitale vaardigheden inzetten om effectief met AI-systemen te werken.
Koppeling Doelzin: DigCompEdu Area 6 (Facilitating Learners' Digital Competence) 1; NPULS Vaardigheden (Gebruik & Interactie).1
Leerdoel: De deelnemer kan doelgerichte, ethisch verantwoorde prompts formuleren om bruikbare output van generatieve AI te verkrijgen.
Koppeling aan Referentiekaders: NPULS Vaardigheden (Prompt-engineering) 1; NPULS Ethiek (Verantwoordelijkheid bij gebruik).1
Leerdoel: De deelnemer kan AI inzetten om informatie te zoeken, beoordelen en verwerken. De deelnemer kan de output van GenAI kritisch analyseren en, indien nodig, de verplichte markering van synthetische content toepassen.
Koppeling aan Referentiekaders: AI Act (Art. 50 Transparantie deepfakes) 2; DigCompEdu 6.1 (Information and media literacy) 1; NPULS Vaardigheden (Kritische Analyse).1
Doelzin: De deelnemer kan generatieve AI op een passende manier gebruiken binnen zijn of haar vakgebied.
Koppeling Doelzin: AI Act (Overw. 56 Hoog Risico Onderwijs) 2; DigCompEdu Area 3 (Teaching and Learning).1
Leerdoel: De deelnemer kan de invloed van AI op de beroepspraktijk en het onderwijs analyseren en toepassen in beroepssituaties. De deelnemer heeft inzicht in hoe en waarom studenten AI gebruiken.
Koppeling aan Referentiekaders: NPULS Pedagogische Dimensie (Kennis over studentengebruik) 1; DigCompEdu 1.1/1.2 (Professional Engagement).1
Leerdoel: De deelnemer kan AI inzetten ter ondersteuning van leren, lesgeven of beoordelen. De deelnemer kan, bij gebruik van hoog-risico AI in het onderwijs, menselijk toezicht waarborgen en het belang van een Effectbeoordeling Grondrechten uitleggen.
Koppeling aan Referentiekaders: AI Act (Art. 14 Menselijk Toezicht, Art. 27 Effectbeoordeling Grondrechten, Overw. 56 Hoog Risico Onderwijs) 2; DigCompEdu 3.1/3.2 (Teaching/Guidance).1
Leerdoel: De deelnemer kan AI-tools gebruiken om het eigen leerproces te ondersteunen en verbeteren. De deelnemer kan AI inzetten voor differentiatie, personalisatie en zelfgereguleerd leren.
Koppeling aan Referentiekaders: DigCompEdu 5.2 (Differentiation), 3.4 (Self-regulated learning) 1; NPULS Vaardigheden (Gebruik in leerproces).1
Doelzin: De deelnemer kan ethische, juridische en maatschappelijke aspecten van AI herkennen en er in handelen.
Koppeling Doelzin: AI Act (Hoofdstuk II Verboden Praktijken) 2; NPULS Ethiek (Fundament) 1; DigCompEdu 6.4 (Responsible use).1
Leerdoel: De deelnemer kan ethische dilemma's rondom AI herkennen en erover reflecteren in praktijksituaties. De deelnemer is bekend met wettelijk verboden AI-praktijken in het onderwijs, zoals het verbod op emotierecognitie.
Koppeling aan Referentiekaders: AI Act (Art. 5 Verboden Praktijken, Overw. 44 Emotierecognitie in onderwijs) 2; NPULS Ethiek (Ethisch Bewustzijn).1
Leerdoel: De deelnemer kan de relevante wet- en regelgeving rondom AI toepassen in beroepshandelingen. De deelnemer kan het belang van inclusie en non-discriminatie bij het ontwerpen en gebruiken van AI-systemen beoordelen.
Koppeling aan Referentiekaders: AI Act (Art. 6 Risico classificatie) 2; NPULS Ethiek (Rechtvaardigheid, Inclusie) 1; DigCompEdu 5.1 (Accessibility and inclusion).1
Leerdoel: De deelnemer kan de verplichtingen als gebruiksverantwoordelijke en het belang van risicobeheer, logboekregistratie en de noodzaak tot het opstellen van technische documentatie uitleggen.
Koppeling aan Referentiekaders: AI Act (Art. 26 Verplichtingen Gebruikers, Art. 12 Logbestanden, Art. 11 Technische Documentatie).4
Leerdoel: De deelnemer kan de maatschappelijke gevolgen van AI benoemen en duiden in relatie tot het eigen werkveld. De deelnemer toont een open houding en reflecteert kritisch op het eigen vermogen om AI te beheersen (AI-zelfeffectiviteit) en is bereid de eigen praktijk aan te passen (NPULS Attituden).
Koppeling aan Referentiekaders: NPULS Attituden (Zelfeffectiviteit, Openheid, Reflectie) 1; DigCompEdu 1.3 (Reflective practice) 1; NPULS Ethiek (Maatschappelijke gevolgen).1
Leerdoel: De deelnemer kan duurzame keuzes maken bij het gebruik of ontwerp van AI-toepassingen.
Koppeling aan Referentiekaders: NPULS Ethiek (Sociaal en ecologisch welzijn) 1; AI Act (Overw. 27: Duurzaamheid).2
Doelzin: De deelnemer kan AI-uitvoer kritisch analyseren en beoordelen op betrouwbaarheid en toepasbaarheid.
Koppeling Doelzin: DigCompEdu 6.1 (Information and media literacy) 1; NPULS Vaardigheden (Kritische Analyse).1
Leerdoel: De deelnemer kan informatiebronnen, ook gegenereerd door AI, analyseren op inhoud, herkomst en waarde. De deelnemer kan de betrouwbaarheid en bruikbaarheid van AI-output beoordelen tegen de achtergrond van de SLO functionele kerndoelen.
Koppeling aan Referentiekaders: SLO K2 (Digitale media en informatie) 3; DigCompEdu 6.1 (Information and media literacy).1
Leerdoel: De deelnemer kan AI-toepassingen evalueren op bruikbaarheid, ethiek en effectiviteit.
Koppeling aan Referentiekaders: DigCompEdu 4.1/4.2 (Assessment strategies/Analysing evidence).1
Leerdoel: De deelnemer kan inhoud van AI-uitvoer kritisch bevragen en verifiëren.
Koppeling aan Referentiekaders: NPULS Vaardigheden (Kritische Analyse).1
Leerdoel: De deelnemer kan bias en manipulatie herkennen in AI-systemen en verantwoord daarmee omgaan. De deelnemer kan omgaan met de invloed van digitale technologie en media op het eigen leven.
Koppeling aan Referentiekaders: AI Act (Art. 5 Verboden Praktijken) 2; NPULS Ethiek (Bias/Rechtvaardigheid) 1; SLO K6 (Jezelf en de ander).3
Doelzin: De deelnemer kan generatieve AI creatief inzetten voor innovatieve ideeën of oplossingen.
Koppeling Doelzin: DigCompEdu 5.3 (Actively engaging learners) 1; NPULS Vaardigheden (Creatief denken).1
Leerdoel: De deelnemer kan ontwikkelingen in AI duiden en vertalen naar kansen en risico’s voor de toekomst.
Koppeling aan Referentiekaders: NPULS Kennis (Economische implicaties).1
Leerdoel: De deelnemer kan AI inzetten als hulpmiddel om creatieve processen te versterken.
Koppeling aan Referentiekaders: NPULS Vaardigheden (Probleemoplossing en Creatie) 1; DigCompEdu 6.3 (Digital content creation).1
Doelzin: De deelnemer kan bijdragen aan het opstellen en uitvoeren van visie of beleid rond AI in de organisatie.
Koppeling Doelzin: AI Act (Art. 26 Verplichtingen Gebruikers) 4; DigCompEdu 1.1 (Organisational communication).1
Leerdoel: De deelnemer kan beleid en regelgeving rond AI naleven en toepassen in concrete situaties.
Koppeling aan Referentiekaders: AI Act (Art. 26 Naleving door gebruikers) 4; DigCompEdu 1.1 (Organisational communication).1
Leerdoel: De deelnemer kan AI verantwoord toepassen in het ontwerp en de beoordeling van onderwijs en toetsen.
Koppeling aan Referentiekaders: DigCompEdu Area 4 (Assessment); NPULS Pedagogische Vaardigheden (Curriculumaanpassing).1
Leerdoel: De deelnemer kan systematisch reflecteren op de eigen digitale en pedagogische praktijk en gebruikt digitale bronnen voor continue professionele ontwikkeling.
Koppeling aan Referentiekaders: DigCompEdu 1.3 (Reflective practice), 1.4 (Digital CPD) 1; NPULS Beïnvloedende Factoren (Scholing en training).1