(samenvatting in documentstructuur)
Aanleiding: snelle AI-ontwikkelingen beïnvloeden onderwijs, noodzaak tot AI-geletterdheid.
Definitie AI: EU AI Act, breed begrip inclusief generatieve AI.
Onderzoeksopzet: umbrella review (31 systematische reviews), aangevuld met praktijkvoorbeelden en World Cafés.
Leeswijzer: raamwerk bestaat uit kennis, vaardigheden, attituden en ethiek; met pedagogische dimensie en beïnvloedende factoren.
AI-geletterdheid = samenspel van kennis, vaardigheden en attituden, met ethisch bewustzijn als basis.
Niet gelaagd (geen niveaus), maar context- en opleidingsafhankelijk.
a. Kennis
Feitelijke kennis: basisprincipes, data, algoritmen, statistiek, programmeren.
Toepassingskennis: gebruik in domein, mens-AI interactie, sterktes/zwaktes, integratie met domeinspecifieke kennis, interdisciplinair werken.
In de praktijk: Curio hulpkaarten, HAN toolkit AI-bestendig toetsen, UT e-learning.
b. Vaardigheden
Technische vaardigheden: IT-basis, data-analyse, programmeren, AI-modelling.
Cognitieve vaardigheden: kritisch, computationeel, probleemoplossend, creatief, reflectief denken.
Interactievaardigheden: communiceren over AI-output, in dialoog, samenwerken aan AI, prompten.
In de praktijk: oefenen met prompts, beoordelen AI-output, beslisbomen HAN, UT e-learning.
c. Attituden
Houdingen en emoties: vertrouwen, zelfeffectiviteit, motivatie, interesse.
Openheid en gereedheid: acceptatie, gevoel van voorbereid zijn.
In de praktijk: reflectieve houding stimuleren, dialoog over wenselijkheid van AI, kritische opdrachten.
d. Ethiek
Bewustzijn consequenties: impact op mens, maatschappij en economie.
Eerlijkheid en rechtvaardigheid: bias herkennen, inclusiviteit bevorderen.
Verantwoording en transparantie: explainable AI.
Veilig gebruik: privacy, databescherming, juridische aspecten.
Eigenaarschap: persoonlijke verantwoordelijkheid in AI-gebruik.
In de praktijk: aandacht voor privacy en toetsgelijkheid, reflectie in e-learning.
Kennis docenten: technologische, pedagogische, ethische kennis; inzicht in AI-gebruik door studenten.
Vaardigheden docenten: AI integreren in leeractiviteiten, curriculum aanpassen, structureren van AI-contexten.
Attituden docenten: openheid, motivatie, overtuiging dat studenten kritisch moeten leren denken.
Ethische dimensie: zelf ethisch handelen én studenten begeleiden in ethisch gebruik.
Individueel: scholing, ervaring, professionele rol, koppeling met didactiek.
Organisatie: leermiddelen en kaders, professionalisering, infrastructuur, interdisciplinair samenwerken, leiderschap.
Beleid: investeringen, wet- en regelgeving (AI Act), sectorale samenwerking, aandacht voor professionalisering.
AI-GO Raamwerk is evidence-informed en ontwikkeld voor mbo, hbo en wo.
Vier componenten (kennis, vaardigheden, attitude, ethiek) + pedagogisch-didactische dimensie en multilevel-factoren.
Attitude vaak onderbelicht in eerdere raamwerken, nu benadrukt.
Ethiek als fundament.
Geen vaste niveaus van AI-geletterdheid: keuzes per instelling/opleiding nodig.
Aandacht voor professionalisering docenten en herontwerp curricula.
World Cafés leverden aanvullende thema’s op: leren leren met AI, duurzaamheid, toetsing, visieontwikkeling, AI-hubs.
Raamwerk is dynamisch: ontwikkelingen zoals generatieve AI veranderen benodigde vaardigheden (bv. prompten minder cruciaal).