Begrip van basisprincipes en technologieën van AI – De deelnemer kan basisprincipes en technologieën van AI herkennen en toepassen in praktische situaties.
Basiskennis generatieve AI – De deelnemer kan generatieve AI herkennen, beschrijven en gebruiken in eenvoudige toepassingen.
Privacy en veiligheid – De deelnemer kan bij het gebruik van AI rekening houden met privacyregels en veilige omgang met gegevens.
Digitale geletterdheid in het hoger onderwijs betekent meer dan alleen weten hoe je een computer gebruikt. In deze module duiken we in de basis van artificiële intelligentie (AI): wat het is, hoe het werkt, en vooral hoe je het veilig en bewust toepast. AI is inmiddels verweven in ons dagelijks leven – van zoekmachines en aanbevelingssystemen tot spraakassistenten en chatbots. Maar wat gebeurt er eigenlijk ‘onder de motorkap’? En hoe ga je hier als student of docent bewust en verantwoord mee om?
Deze module helpt je AI-systemen te begrijpen én toe te passen. Je leert wat generatieve AI is en hoe je het inzet voor eenvoudige taken. Tegelijkertijd besteden we aandacht aan een belangrijk thema: hoe zorg je dat je AI veilig gebruikt, met respect voor privacy en ethiek? Je leert de basisprincipes van de AI-verordening (AI Act) kennen, zodat je voorbereid bent op de praktijk én op de toekomst.
We behandelen twee belangrijke subonderwerpen:
Basiskennis generatieve AI
Leerdoel: De deelnemer kan generatieve AI herkennen, beschrijven en gebruiken in eenvoudige toepassingen.
Je leert wat generatieve AI is, hoe het werkt en waar je het voor kunt gebruiken. Ook zie je voorbeelden van toepassingen zoals tekst- en beeldgeneratie.
Privacy en veiligheid
Leerdoel: De deelnemer kan bij het gebruik van AI rekening houden met privacyregels en veilige omgang met gegevens.
Je maakt kennis met de AI-verordening (AI Act), en leert hoe je AI verantwoord gebruikt in de praktijk – bijvoorbeeld door bewust om te gaan met persoonlijke data en transparant te zijn over AI-gebruik.
Leerdoel: De deelnemer kan generatieve AI herkennen, beschrijven en gebruiken in eenvoudige toepassingen.
Generatieve AI is een vorm van kunstmatige intelligentie die zelfstandig nieuwe inhoud kan creëren. Denk aan tekst, afbeeldingen, muziek of zelfs code. Bekende voorbeelden zijn ChatGPT, DALL·E en GitHub Copilot. Deze AI-modellen zijn getraind op enorme hoeveelheden data en kunnen patronen herkennen, nabootsen en combineren om iets nieuws te genereren dat ‘lijkt’ op wat mensen maken.
Wat is generatieve AI?
Generatieve AI gebruikt zogeheten generatieve modellen, vaak gebaseerd op machine learning. Een veelvoorkomend type is het grote taalmodel (large language model), zoals ChatGPT. Zo'n model leert van teksten op internet, boeken of andere bronnen, en voorspelt vervolgens welk woord het beste volgt op het vorige. Op die manier ontstaat een vloeiende tekst – of een creatieve afbeelding, in het geval van beeldmodellen.
Generatieve AI werkt meestal via een eenvoudige gebruikersinterface: jij geeft een opdracht of vraag in gewone taal, en het systeem genereert een antwoord. Dit noemen we ook wel prompt-based AI.
Voorbeelden van toepassingen
Generatieve AI komt al in veel sectoren voor:
Onderwijs: samenvatten van teksten, opstellen van voorbeeldvragen of brainstormen.
Zorg: genereren van concept-rapporten of patiëntinformatie.
Creatieve industrie: ontwerpen van visuele concepten of muziek.
Bedrijfsleven: schrijven van e-mails, rapporten of productomschrijvingen.
Eenvoudig zelf aan de slag
Als student of docent kun je generatieve AI inzetten voor eenvoudige toepassingen zoals:
een concepttekst opstellen (bijv. een e-mail of inleiding);
alternatieve formuleringen vinden;
brainstormideeën genereren;
feedback herschrijven in begrijpelijke taal.
Let op: AI is géén vervanging van je eigen denken. Zie het als een hulpmiddel, net als een rekenmachine of spellingchecker.
Beperkingen en risico’s
Generatieve AI klinkt indrukwekkend, maar is niet feilloos:
De informatie kan verouderd, verzonnen of onjuist zijn (“hallucinaties”).
Het systeem heeft geen begrip van wat het ‘zegt’ – het voorspelt alleen woorden.
Zonder controle kan AI bijdragen aan verspreiding van desinformatie of bias.
Daarom is het belangrijk om altijd kritisch te blijven en AI-uitvoer te controleren op betrouwbaarheid en bruikbaarheid.
Bronnen
Rijksoverheid. (2024). Gids AI-verordening – versie 1.0. Den Haag: Ministerie van EZK.
OpenAI. (z.d.). ChatGPT Explained. https://openai.com/chatgpt
Leerdoel: De deelnemer kan bij het gebruik van AI rekening houden met privacyregels en veilige omgang met gegevens.
Bij het gebruik van AI is het essentieel om na te denken over privacy en veiligheid. AI-systemen verwerken vaak grote hoeveelheden data, waaronder persoonsgegevens. Daarom moet je als gebruiker of ontwikkelaar goed weten wat wel en niet mag. In deze module leer je hoe je AI verantwoord gebruikt volgens de regels van de AI-verordening en de AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming).
Waarom zijn privacy en veiligheid belangrijk bij AI?
AI kan patronen ontdekken in data die mensen over het hoofd zien. Dat is handig, maar ook risicovol. Denk aan:
het per ongeluk opslaan van gevoelige persoonsgegevens;
het trekken van conclusies op basis van vooroordelen in de data (bias);
het manipuleren van gedrag via AI-gegenereerde informatie (zoals deepfakes of overtuigende teksten).
Als gebruiker moet je weten wat AI doet met de gegevens die je invoert, en welke regels daarover gelden.
Belangrijke regels volgens de AI-verordening
De AI Act (AI-verordening van de EU) maakt onderscheid tussen soorten AI-systemen:
Generatieve AI (zoals ChatGPT): moet transparant zijn – gebruikers moeten weten dat ze met AI te maken hebben.
Hoog-risico AI-systemen (bijvoorbeeld AI bij sollicitaties of zorgtriage): moeten aan strenge eisen voldoen, zoals:
menselijk toezicht;
veilige en eerlijke datasets;
duidelijke gebruiksinstructies;
registratie in een EU-database.
Gebruik je AI voor eenvoudige toepassingen zoals tekstgeneratie? Dan gelden er minder strenge eisen, maar transparantie en voorzichtigheid blijven belangrijk. Zo moet je vermelden als AI je geholpen heeft met een tekst, zeker in professionele of educatieve context.
Privacy en de AVG
Ook als je AI gebruikt, blijf je verantwoordelijk voor privacy. Volgens de AVG geldt:
Je mag geen persoonsgegevens invoeren in een AI-systeem zonder geldige reden.
Data moet veilig worden opgeslagen en verwerkt.
Gebruikers moeten weten wat er met hun data gebeurt.
Let op: Veel generatieve AI-tools slaan ingevoerde gegevens tijdelijk op. Voer dus nooit persoonsgegevens of vertrouwelijke informatie in, tenzij je zeker weet dat het systeem veilig en privacyvriendelijk is ingesteld.
Veilig gebruik in de praktijk
Een paar praktische richtlijnen:
Voer geen persoonsgegevens in zonder toestemming.
Vraag je altijd af: is deze informatie echt nodig?
Gebruik AI in een veilige omgeving, bij voorkeur met instelling of platform dat aan de AVG voldoet.
Controleer de output – AI kan fouten maken of bevooroordeeld zijn.
Tot slot: informeer anderen als je AI gebruikt hebt bij het maken van content, zeker in het onderwijs of professionele communicatie. Zo blijft je gebruik transparant en verantwoord.
Bronnen
Rijksoverheid. (2024). Gids AI-verordening – versie 1.0. Den Haag: Ministerie van EZK.
Autoriteit Persoonsgegevens. (z.d.). De AVG in het kort. https://autoriteitpersoonsgegevens.nl
AI (kunstmatige intelligentie): Technologie waarbij systemen zelfstandig beslissingen kunnen nemen of acties uitvoeren op basis van gegevens.
Machine learning: Een vorm van AI waarbij het systeem leert van voorbeelden (data) in plaats van dat alle stappen vooraf geprogrammeerd zijn.
Algoritme: Een reeks instructies die stap voor stap een taak uitvoert. Een AI-systeem gebruikt vaak meerdere algoritmes om tot een beslissing te komen.
Input: De gegevens die een AI-systeem ontvangt om mee te werken, zoals tekst, cijfers, of beelden.
Output: Het resultaat dat een AI-systeem geeft, zoals een voorspelling, aanbeveling of beoordeling.
Natural Language Processing (NLP): AI-techniek waarmee computers menselijke taal kunnen begrijpen en verwerken, zoals in chatbots of vertaalprogramma’s.
Computer vision: AI die beelden of video’s analyseert en herkent, zoals gezichten of objecten.
Adaptief systeem: Een systeem dat zichzelf kan aanpassen of verbeteren op basis van nieuwe gegevens of situaties.
Regelgebaseerd systeem: Een systeem dat werkt op basis van vaste, vooraf ingevoerde regels en logica.
Deze toets bestaat uit 10 meerkeuzevragen en toetst of de deelnemer de basisprincipes van AI begrijpt, AI-technologieën kan herkennen en praktische toepassingen kan beoordelen. De vragen zijn bedoeld om inzicht te toetsen, niet alleen feitelijke kennis.
De deelnemer kan uitleggen wat AI is en herkennen welke systemen gebruikmaken van AI. → Vragen over de definitie van AI, kenmerken van AI-systemen, en het verschil met vaste regelsystemen.
De deelnemer kan de belangrijkste AI-technologieën onderscheiden en beschrijven, zoals machine learning en algoritmes. → Vragen over machine learning, algoritmes, NLP en computer vision.
De deelnemer kan voorbeelden van AI uit de eigen beroepspraktijk benoemen en beschrijven hoe deze werken. → Vragen over concrete toepassingen van AI in sectoren zoals zorg, onderwijs en dienstverlening.